Vindicaters bekogelen voorbijgangers met bier vanaf balkon aan Grote Markt en schelden ook nog: "Hou je bek, zwerver!"

Het pand en balkon van Vindicat aan de Grote Markt
Het plein is afgezet met grote hekken en iedereen die richting het Zuiden moet, moet langs Vindicat. Daar ligt een pad van een paar meter breed pal tegen de gevel aan met daarboven het grootse balkon van Vindicat. Dat wordt vaak gebruikt voor feestjes en borrels. En terecht, want mooi uitzicht op de Grote Markt vanaf daar.
„Hier moeten meer mensen last van hebben gehad”
Maar het blijkt gisteren ook de perfecte spot te zijn om voorbijgangers te bekogelen met bier. Dat overkwam Stadjer Mark gister en hij denkt dat meer mensen het slachtoffer zijn geworden van het niet zo leuke kattenkwaad.
Hij mailt ons gisteren: „Zojuist een belachelijke situatie meegemaakt aan de Grote Markt onder het gebouw van Vindicat. Daar moeten meer mensen last van hebben gehad.”
Volgens Mark stond rond half vijf in de middag een grote groep jongeren feest te vieren op het balkon. „Helaas vond een aantal van hen het nodig om moedwillig en herhaaldelijk bier over passanten te gooien.”
Lekker portie uitschelden
Toen de Groninger daar wat van zei, werd hij uitgescholden. „Ze riepen dat ik een k*nkerzwerver was. En ik moest mijn bek houden met mijn k*nkerbril. Tot slot moest ik me met mijn eigen zaken bemoeien en doorlopen.”
Doorgaans heeft Mark geen mening over Vindicat, ondanks dat hij wel eens wat leest. Maar dat is nu veranderd. „Ik vind het ronduit asociaal dat men zich zo denkt te mogen gedragen en dan ook nog zo reageren als men daarop wordt aangesproken.”
Reactie Vindicat
Adriaan Zoetmulder, de Senatus Rector van Vindicat (hoogste baas in gewone mensentaal) is bekend met het voorval. „Laat het helder zijn: wij distantiëren ons van zulk wangedrag en treden daartegen op. Inmiddels hebben wij contact opgenomen met degene die hiermee is geconfronteerd om onze excuses aan te bieden. En wij hebben het balkon direct gesloten. Daarnaast bekijken we of verdere stappen tegen deze lieden nodig zijn en zo ja welke.”